31 december 2017

Concert 22 december 2017

Vrijdag 22 december 2017, Concertgebouw Amsterdam
Koninklijk Concertgebouworkest o.l.v. Philippe Herreweghe
Collegium Vocale Gent
Dorothee Mields, sopraan
Hana Blaziková, sopraan
Alex Potter, countertenor
Robin Tritschler, tenor
Kresimir Strazanac, bas

Bach: Mis in b 'Hohe Messe'

Prachtige afsluiting van het muzikale jaar. Het KCO speelde de Hohe Messe voor het laatst in 1972, dus het werd tijd. En wie anders dan Herreweghe kwam ervoor in aanmerking dit geweldige stuk te leiden. Hij deed dat met autoriteit, had zijn eigen onvolprezen koor meegebracht, en vijf prima solisten uitgenodigd. Ik kan me niet herinneren dat ik het stuk ooit eerder live hoorde, maar deze uitvoering zal ik nooit vergeten. Alles klonk uiterst muzikaal, vloeiend en zuiver. Ik heb niks tegen authentieke orkesten, maar die soli voor trompet, hoorn, hobo, fluit etc. klinken bij het KCO domweg oorstrelend mooi - ik zat op het uiterste hoekje van het zijbalkon en zag dat Herreweghe regelmatig vergenoegd naar het orkest keek. Het koor leverde in dit uitdagende stuk een grootse prestatie, en ook de solisten zongen fraai, ofschoon in vele delen juist de instrumentale begeleiding de meeste aandacht naar zich toetrok. Die fluitsoli in het Domine Deus en het Benedictus: onweerstaanbaar. Het nieuwe jaar opent met Wagner, Bruckner en Mahler, maar dit jaar eindigde in zalige hemelse sferen.

29 december 2017

Concert 2 november 2017

Donderdag 2 november 2017, Concertgebouw Amsterdam
Koninklijk Concertgebouworkest o.l.v. Daniele Gatti
Frank-Peter Zimmermann, viool

Beethoven: Vioolconcert
Brahms: Symfonie nr 1

Gottegot, hoe klassiek kun je een concertprogramma krijgen! Maar tegelijkertijd: hoe gevaarlijk geprogrammeerd. Want je weet dat het publiek zowat iedere noot kan dromen, iedere frase al tig keer gehoord heeft, en dan kom je als gevestigd violist en kersverse chefdirigent van het KCO even vertellen dat je het misschien wel beter weet. En ja, dat is wat er gebeurde deze avond. Ik hoorde hetzelfde programma twee jaar geleden ook in de Zaterdagmatinee, met Christian Tetzlaff en Eschenbach (zie hier) en die uitvoering van Beethovens Vioolconcert was memorabel, maar deze door Zimmermann nog meer! Hij speelde mee met het orkest, zijn solopartij technisch feilloos, maar bovenal uiterst muzikaal, speels en met autoriteit. Dan stijgt dat Beethoven-concert opeens boven alle andere muziek uit, en staat de tijd stil. En Gatti begeleidde geweldig: dienstbaar maar eigenzinnig, en op cohesie gericht. Weinig dirigenten die dat zo doen. Na de pauze een gedreven, warmbloedige en gespierde Eerste Brahms. Tja, dan ga je daarna enigszins weemoedig naar huis, want wanneer ooit weer zo'n fantastisch concert?

26 december 2017

Concert 26 oktober 2017

Donderdag 26 oktober 2017, Concertgebouw Amsterdam
Koninklijk Concertgebouworkest o.l.v. Mariss Jansons
Eva-Maria Westbroek, sopraan

Sjostakovitsj: Symfonie nr. 6
Tsjaikovski: Uit Jevgeni Onegin: Briefscène
Tsjaikovski: Uit De schone slaapster: Panorama en Wals
Rachmaninov: 3 liederen
Liszt: Les préludes

Tijdens dit concertseizoen staan alle drie nog levende ex-chefdirigenten van het KCO voor het orkest. Mariss Jansons beet de spits af; in maart en juni volgen nog Chailly en Haitink. Er zijn maar weinig orkesten waar zoiets kan. Vorig jaar leidde Jansons een weergaloze Zevende Mahler (zie hier), en nu een allegaartje - 8 stukken is teveel een kliekjes-concert. Maar goed, die Zesde Sjostakovitsj klonk weergaloos, en Westbroek zong de briefscène uit de Jevgeny Onegin weliswaar niet zo verfijnd als Netrebko een half jaar geleden in Parijs (zie hier), maar toch wel heel erg goed. Ook in drie liederen van  Rachmaninov zong ze met autoriteit. Jansons wilde daarnaast nog even uitpakken met twee meezingers uit Doornroosje en Les préludes van Liszt. Van dit laatste stuk heb ik een volvette uitvoering op cd van Von Karajan, en Jansons liet het veel transparanter spelen. Het blijft een  heerlijk stuk.

Concert 24 oktober 2017

Dinsdag 24 oktober 2017, Concertgebouw Amsterdam
Collegium Vocale Gent o.l.v. Philippe Herreweghe

Monteverdi: Vespro della Beata Vergine 1610

Ik ken de Mariavespers van Monteverdi al vele jaren, heb een stuk of vijf verschillende uitvoeringen op cd, beluister het regelmatig, zong ooit eens in een studentenkoortje het deel Lauda Jerusalem en toch hoorde ik het nog nooit eerder live. Het bevat een enorme rijkdom aan klankkleuren; een onbetwist meesterwerk. Nu dan eindelijk een goede gelegenheid het in de zaal te horen, inclusief het eerste Magnificat. Herreweghe leidde een prachtige uitvoering; zijn eigen koor is één van de beste die er zijn. Ook de solisten leverden prima prestaties. Tenor Reinoud van Mechelen omtroerde in het Nigra sum. Op cd vind ik het Sancta Maria, ora pro nobis altijd een beetje langdradig, maar in de zaal blijken die elf keer dezelfde smeekbede in steeds een andere muzikale uitbeelding grandioos. Daarna meteen dat onnavolgbaar prachtige Ave Maris Stella - je waant je in de muzikale hemel.

14 december 2017

Concert 29 september 2017

Vrijdag 29 september 2017, Concertgebouw Amsterdam
Koninklijk Concertgebouworkest o.l.v. Andrew Manze
Pekka Kuusisto, viool

C.Ph.E. Bach: Symfonie in Bes, Wq 182, nr. 2
J.S. Bach: Brandenburgs concert nr. 3
Hillborg: Bach Materia
Haydn: Uit Die Schöpfung: Einleitung 'Die Vorstellung des Chaos'
Beethoven: Symfonie nr. 1

Een hoogst curieus maar vermakelijk concert, met een programma gebouwd rondom muzikale mecenassen. Andrew Manze debuteerde bij het KCO en deze 'oude-muziekspecialist' dirigeerde zowel uitbundig als aanstekelijk. Zo'n symfonietje van Carl Philip Emanual Bach: hoe simpel het ook klinkt, het is razend lastig om te spelen. En Manze had er duidelijk met het orkest op gestudeerd. Daarna kwam solist Kuusisto op, de inmiddels uitbuikende blonde jonge Finse violist die bekend staat om zijn eigenzinnige programmeringen. Welnu, de helft van het orkest verplaatste zich naar achteren, en mocht op het podium meeluisteren met het publiek naar een gedreven, maar wat ruw gespeeld Derde Brandenburgs concert. Ik hoorde het ooit eens eerder life, bij wat in mijn herinnering mijn eerste klassieke concert was, door het Limburgs Symfonie Orkest (André Rieu speelde als tweede violist mee) in december 1981 (zie hier de weblog ervan). Kuusisto speelde mee met de eerste violen, en dat was bewust, want na afloop bleef hij op het podium, stemde hij zijn viool samen met het orkest, en terwijl het publiek nog vrolijk kwekte over koetjes en kalfjes bleek gaandeweg dat dat stemmen het begin vormde van het stuk van Hillborg voor viool en strijkers. Het werd het hoogtepunt van de avond: het is een uiterst virtuoos en spetterend werk waarin de solist veel ruimte kreeg om te improviseren. Dat deed Kuusisto dan ook, met name in een één-tweetje met solocontrabassist Dominic Seldis. Publiek en orkestleden wisten niet wat ze hoorden. Een onvergetelijk schouwspel voor oog en oor. Na de pauze kalmer vaarwater met het openingsdeel uit Die Schöpfung van Haydn, zonder onderbreking overgaand in Beethovens Eerste. Lekker gespeeld allemaal.

Concert 21 september 2017

Donderdag 21 september 2017, Concertgebouw Amsterdam
Koninklijk Concertgebouworkest o.l.v. Daniele Gatti
Liviu Prunaru, viool

Enescu: Caprice Roumain
Prokofiev: Symfonie nr. 5

Ik lig drie maanden achter; het kwam er even niet van om mijn weblogjes te schrijven. Een stuk of vijf concerten en evenzovele boeken te gaan - tijdens de aanstaande kerstperiode voldoende tijd om de achterstand weg te werken. Maar het zal niet makkelijk zijn de kracht van het moment (van luisteren of lezen) te vangen. Desondanks: dit concert leek op papier een repertoire-moetje, maar toch gewoon een fijn concert. Concertmeester Liviu Prunaru was lange tijd afwezig; hij had een schouderblessure. Maar hij maakte zijn rentree met een Roemeens programmatisch stuk van de Roemeen Enescu, en de Roemeen Prunaru had voor de gelegenheid een Roemeense outfit aangetrokken. De Caprice Roumain is geen diepgravend vioolconcert, maar wel een stemmig werk vol oosteuropese volksmuziek-invloeden. Gewoon lekker luisteren. Prunaru gaf een toegift met twee collega's uit het orkest. Na de pauze de bekendste symfonie van Prokofiev; Jansons dirigeerde het stuk bijna precies drie jaar geleden ook bij het KCO (zie hier) en de recent verschenen cd-opname van die concerten mag er zijn! Gatti dirigeerde het stuk misschien niet zo idiomatisch als Jansons, maar hij is gewoon erg gedreven en krachtig. Dan kan zo'n Vijfde Prokofiev niet stuk.

03 november 2017

Opera 9 & 16 september 2017

Zaterdag 9 & zaterdag 16 september 2017, Het Muziektheater Amsterdam
De Nationale Opera

Verdi: La forza del destino

Leonora - Eva-Maria Westbroek
Carlos - Franco Vassallo
Alvaro - Roberto Aronica
Preziosilla - Veronica Simeoni
Il marchese - James Creswell
Padre Guardiano - Vitalj Kowaljow
Fra Melitone - Alessandro Corbelli
Curra - Roberta Alexander
Koor van De Nationale Opera
Nederlands Philharmonisch Orkest o.l.v. Michele Mariotti

Twee keer naar La forza – ik hoorde de opera nog nooit eerder live, en ofschoon ik de cd-opname redelijk goed ken, komt zo’n opera alleen in de zaal volledig tot zijn recht. Inmiddels behoren sommige passages tot mijn favoriete Verdi-muziek, zoals de tweede scene van het tweede bedrijf waarin Leonora zich bij het klooster meldt. In een paar maten weet Verdi een subtiel opgebouwde serene sfeer te transformeren naar een duivels-dramatische; wat een fenomenale muziek componeerde hij toch! De ouverture is een meesterwerk op zich. En welke andere componist schreef zulke fantastische en effectieve muziek van achter de coulissen. De cast werd aangevoerd door Eva-Maria Westbroek, die tijdens de première soms wat tegen de toon aan zong; bij de tweede keer de week erna was ze beter bij stem. Maar het moet gezegd dat ze niet meer die perfecte dramatische sopraan is waar ze lange tijd voor werd gehouden. Haar podiumpresence is daarentegen ijzersterk. Vassallo en Aronica zongen sonoor en gedreven; tijdens de tweede keer knapte er tijdens het eerste bedrijf iets in de stem van Aronica en we vreesden dat hij niet verder kon zingen; dat deed hij wel, na de aankondiging dat hij leed aan een verkoudheid. Hij haalde de eindstreep overtuigend. De bijrollen (die in deze opera een flink aandeel hebben) waren eveneens prima bezet, en hoe lief dat Roberta Alexander op haar oude dag nog in een piepklein rolletje debuteerde bij de Nationale. Ik hoorde haar op mijn 17e bij het Rotterdams Philharmonisch en heb een paar grandioze opnamen van haar (Mahler 4 met Haitink en als Don Elvira in Don Giovanni met Harnoncourt). Mariotti leidde het Nederlands Philharmonisch met strakke en Italiaanse hand en het Koor van de Nationale is zo goed dat je alleen al voor hen naar de opera zou gaan. De enscenering bleek een van de beste van een Verdi-opera uit de geschiedenis van het Muziektheater. Het is vaker een succesvol concept gebleken: één basisopstelling waarbij door enkele verplaatsingen van een wand hier of daar een totaal ander beeld ontstaat. Ik heb nu al heimwee naar deze productie; hopelijk ooit weer in reprise!

Concert 30 augustus 2017

Woensdag 30 augustus 2017, Concertgebouw Amsterdam
Koninklijk Concertgebouworkest o.l.v. Daniele Gatti

Rihm: IN-SCHRIFT
Bruckner: Symfonie nr. 9

Ik lig flink ruim twee maanden achter met te beschrijven concerten en opera’s. Veel moois gehoord, waard om beschreven te worden. Dat gold tijdens dit concert echter niet voor het stuk voor de pauze: Rihms IN-SCHRIFT is pure kakafonie waar geen touw aan viel vast te knopen. Ik heb van Rihm wel eens boeiende stukken gehoord, maar dit was een schoolvoorbeeld van moderne muziek die je als luisteraar doet afkeren van alles wat na Sjostakovitsj gecomponeerd is. Na de pauze kwam het helemaal goed met Bruckners zwanenzang. Gatti moet zich nog bewijzen als Bruckner-dirigent, maar het klonk allemaal zeer overtuigend. Zo gebalanceerd als door Haitink vorig jaar (zie hier) was het nog niet, en ik hoef er ook geen cd-opname van, maar de schoonheid van dit meesterwerk werd door Gatti en het KCO grandioos over het voetlicht gebracht. In het Scherzo werd het stampende thema extra benadrukt, en gelukkig hield Gatti het tempo in het slotdeel mooi vloeiend. Het concertseizoen is krachtig gestart!

30 september 2017

Opera 27 augustus 2017

Zondag 27 augustus 2017, Arena di Verona
Arena di Verona Opera Festival

Verdi: Aida

Aida - Hui He
Amneris - Anastasia Boldyreva
Radames - Hovhannes Ayvazyan
Il re - Ugo Guargliardo
Ramfis - Deyan Vatchkov
Amonasro - Carlos Almaguer
Arena di Verona Koor en orkest o.l.v. Julian Kovatchev

Vlak voordat ik ruim tien jaar geleden deze weblog startte, was ik ook al eens naar de Aida in de Arena van Verona. Toen in de enscenering van Zefirelli (met piramide), nu in de eerste enscenering uit 1913 - sinds toen brengen ze de Aida in die Arena (Verdi was toen pas net 12 jaar dood). Geen piramide, maar zuilen, obelisken, sfinxen en wachters met fakkels tot bovenin de arena. Bij die eerste keer zat ik op de stenen bovenin en veraf, nu in het midden op de geplaceerde stoeltjes, en nog steeds veraf. De akoestiek in de Arena is echter niet voor niets beroemd: er zitten zo'n 10-15 duizend mensen, maar als ergens bovenin een flesje bronwater omvalt dan hoor je dat. En ook het orkest en de zangers zijn - na 10 minuten gewenning - prima te horen. Wat een gelukzalige combinatie op zijn Italiaans: een arena van zo'n 2000 jaar oud, een opera met een setting waarvoor die arena gebouwd lijkt, een componist die ongeëvenaard hartveroverend/verscheurend componeerde, en 28 graden celcius eind augustus. Die tweede (triomf)akte is in de zaal of op cd soms wat 'over de top', maar in de Arena di Verona een lust voor oor en oog. De meeste bezoekers gaan erheen met de toeristische drijfveer 'om er geweest te zijn' - mijzelf incluis - maar tijdens de ouverture voltrekt zich een massale transformatie en publieke concentratie: dit is een Verdi-opera en daar gaan we met zijn duizenden tegelijk van genieten. Ik kende geen van de zangers, en het gemiddelde niveau van wat we bij DNO horen haalden ze tijdens deze uitvoering zeker niet, maar er werd voldoende goed gezongen. Hui He en Hovhannes Ayvazyan begonnen krachtig, maar raakten gaandeweg vermoeid. Anastasia Boldereva en Carlos Almaguer leverden de beste prestaties. Koor en orkest leefden zich grandioos uit. Het was allemaal prima zo. Ik hoef er volgend jaar niet per se weer heen, maar dit was zeker niet de allerlaatste keer!

25 september 2017

Concert 24 augustus 2017

Donderdag 24 augustus 2017, Concertgebouw Amsterdam
Koninklijk Concertgebouworkest o.l.v. Daniele Gatti
Chen Reiss, sopraan

Haydn: Symfonie nr. 82
Mahler: Symfonie nr. 4

Het is me bij de opera wel eens overkomen: te laat komen. Dat was een uitvoering van Siegfried, dus ik kon toen ruim anderhalf uur het telaatkomershokje van het Muziektheater in. Nu dan voor het eerst in het Concertgebouw. Concerten beginnen daar al sinds de prehistorie om 20.15 uur, maar bij de robeco zomerconcerten een kwartier eerder; deze concerten worden relatief veel bezocht door muziekliefhebbers van ver buiten de stadspoorten en dat kwartiertje is kennelijk nodig om hen op tijd weer thuis te laten geraken. Ikzelf woon om de hoek en samen met de macht der gewoonte zorgde dat ervoor dat ik Haydns De Beer-symfonie op een tv-scherm kon bekijken, met het geluid asynchroon uit kleine luidsprekertjes. De altijd bijzonder vriendelijke concertgebouwmedewerkers boden me halverwege het stuk al een kopje koffie aan. Na de pauze dan gewoon in de zaal Mahlers Vierde. Ik hoorde het stuk bij het KCO al vele malen: o.l.v. Bernstein, Haitink, Fischer, Chailly, Jansons... Gatti dirigeerde de symfonie zonder onderbrekingen, en in de begindelen relatief traag. Waar Haitink, Fischer en Jansons het Ruhevoll vloeiend en zangerig lieten spelen, benadrukte Gatti vooral de duistere en dramatische kanten. De mij onbekende sopraan Chen Reiss zong werkelijk prachtig - haar stem leek gemaakt voor deze partij. Ik betwijfel of dit de meest idiomatische Vierde Mahler is uit de muziekgeschiedenis, maar Gatti laat het KCO wel steeds onwerkelijk mooi musiceren.

31 augustus 2017

Recital 30 juli 2017

Zondag 30 juli 2017, Concertgebouw Amsterdam
Leo van Doeselaar, orgel

Bach: Toccata, adagio en fuga BWV 564
Beethoven: Adagio WoO 33/1
Mendelssohn: 2 delen uit Symfonie nr. 5
De Klerk: Passacaglia
De Klerk: Toccata
Widor: 3 delen uit Symfonie nr. 5

Twee jaar geleden speelde Van Doeselaar - o.a. huisorganist van het Concertgebouw - een solorecital (zie hier de weblog) en nu een herhaling van dat recept. Naast het orgel een groot videoscherm en camera, gericht op de handen en voeten van de organist. Van Doeselaar had een gevarieerd programma samengesteld, met bekende en onbekende stukken, van klassiek tot relatief modern. Van Mendelssohns Reformatie-symfonie maakte William Thomas Best een transcriptie voor orgel, en Van Doeselaar speelde daarvan het derde en vierde deel. Bekende muziek in een geheel andere setting - het klonk grandioos. Charles-Marie Widor schreef 10 symfonieën voor orgel, en de Vijfde is verreweg het bekendst - of eigenlijk alleen het slotdeel daarvan. Dat is inderdaad een heerlijk stuk, maar ook het tweede en vierde deel dat Van Doeselaar uit deze symfonie speelde mochten er zijn. gewoon lekker, zo'n uur orgel in de Grote Zaal op een regenachtige zondagmiddag.

31 juli 2017

Opera 9 juni & 2 juli 2017

Vrijdag 9 juni en zondag 2 juli 2017, Het Muziektheater Amsterdam
De Nationale Opera

R. Strauss: Salome

Salome - Malyn Byström
Herodes - Lance Ryan
Herodias - Doris Soffel
Jochanaan - Evgeny Nikitin
Narraboth - Peter Sonn
Koninklijk Concertgebouworkest o.l.v. Daniele Gatti

Twee keer naar Salome, naar de première en naar de voorlaatste voorstelling van de reeks. Na de première was ik nog niet helemaal overtuigd van zowel de enscenering en de uitvoering. De uitbeelding door Ivo van Hove vond ik een beetje eendimensionaal: het grote zwarte toneel en daarachter het steeds kleiner wordende deel van het paleis van Herodes. De symboliek was duidelijk genoeg, maar het was wel erg zwart allemaal. Er stonden goede zangers op het toneel, en Malyn Byström is visueel een ideale Salome en vocaal overtuigend genoeg, maar ze leek wel steeds tegen het randje van haar kunnen te zingen. Evgeny Nikitin, Lance Ryan en Peter Sonn zongen prima, maar de echte ster van de avond was voor mij toch Doris Soffel, die ook bij de vorige reeks in 2009 Herodias zong (zie hier en hier), en nu alle subtiliteiten van haar rol liet horen en zien. Het Koninklijk Concertgebouworkest in de bak van het Muziektheater is natuurlijk pure weelde en het klonk allemaal geweldig, maar bij de première vond ik de tempi van Gatti aan de lage kant. De Dans van de 7 sluiers klonk prachtig maar miste extase. Enfin, een fraaie maar niet overweldigende Salome. Drie weken later vond ik de vocale prestaties beter; het leek alsof Byström zelfverzekerder zong en ook Lance Ryan klonk natuurlijker. Het KCO speelde wederom grandioos; Gatti is een theaterdier en wist zijn orkest er helemaal in mee te krijgen. En tja, wat een meesterwerk van die rare Richard!

27 juni 2017

Concert 8 juni 2017

Donderdag 8 juni 2017, Concertgebouw Amsterdam
Sächsische Staatskapelle Dresden o.l.v. Daniel Harding
Matthias Goerne, bariton

Mahler: Blumine
Mahler: Kindertotenlieder
Dvorák: Symfonie nr. 8

Een op papier wat karig programma – volgens het programmablad Preludium zou het concert ruim voor tien uur afgelopen zijn – maar het viel in de praktijk alleszins mee. De Staatskapelle uit Dresden is een geroutineerd orkest dat – evenals de Wiener Philharmoniker – in de eerste plaats een operaorkest is, en daarnaast een aantal concertprogramma’s speelt. Voor de pauze eerst het zoete Blumine, dat Mahler ooit als deel voor zijn Eerste symfonie had bedacht, maar het eruit schrapte. Matthias Goerne is een geweldige bariton, en de door hem uit het hoofd gezongen Kindertotenlieder hoorde ik nog nooit zo mooi en vol inlevingsvermogen. Na de pauze een uitbundige Achtste symfonie van Dvorak, feilloos en weelderig gespeeld onder de kundige leiding van Daniel Harding. Het werd uiteindelijk iets na tien uur dat ik buiten stond; precies goed.

25 juni 2017

Operarecital 4 juni 2017

Zondag 4 juni 2017, Concertgebouw Amsterdam
Residentie Orkest o.l.v. Jochen Rieder
Jonas Kaufmann, tenor
Eva-Maria Westbroek, sopraan

Verdi: Preludio uit Aida
Verdi: Uit Aida: Se quel guerrier io fossi!... Celeste Aida
Verdi: Ouverture Le forza del destino
Verdi: Uit La forza del destino: La vita è inferno all'infelice
Verdi: Uit Don Carlo: Tu che le vanità
Verdi: Preludio uit Otello
Verdi: Uit Otello: Gia nella notte densa
Wagner: Ouverture Rienzi
Wagner: Uit Die Walküre: akte 1, 3e scène

Tja, dat krijg je dan als je zelden of nooit nieuwe cd's koopt en ook nooit naar de radio luistert. Dan mis je de nieuwe sterren aan het operafirmament. Vrienden hadden me al verteld dat Jonas Kaufmann toch echt de grote stertenor van deze tijd is, maar ik heb geen cd-opname van hem en bij DNO komt hij ook niet. Dit Holland Festival-recital bood dus een prima gelegenheid om hem eens in het echt en voor het eerst te horen. En ja, het kostte een paar centen, maar het publiek kreeg dat ruimschoots vergoed in een weergaloos gezongen recital. Kaufmann had er duidelijk zin in, en zijn openingsaria uit Aida zette meteen de toon. De slotnoot hoort pianissimo gezongen te worden, maar geen van de grote namen uit mijn cd-kast doen dat. Kaufmann wél; hoe geweldig! Ook Westbroek - bepaald geen goedkope also starring-artiest - zong zich overtuigend los in Tu che le vanità. Maar het echte vuurwerk van dit recital boden de twee lange duet-scènes uit Otello en Die Walküre. Tja, zo hoor je ze zelden of nooit. Ik heb eens met een vriend al onze Walküre-opnames naast elkaar gelegd en met een stopwatch de lengte van de verschillende Wälses gemeten. Lauritz Melchior kwam twee keer achter elkaar tot een seconde of tien; Kaufmann ging hier dik overheen. Het slot van deze eerste akte Walküre was extatisch: twee geweldige stemmen die hun gezamenlijke triomfen in de grote operahuizen even dunnetjes wilden overdoen, en zongen en acteerden alsof ze in de beste Wagner-enscenering zaten. Goed gespeelde ouvertures door het Residentie Orkest en Kaufmann-dirigent Rieder, inclusief een rare Preludio uit Otello, die niet in de definitieve versie van de opera zit maar wel aan Verdi (als probeersel?) wordt toegeschreven. Een geweldig concert.

13 juni 2017

Opera 25 mei 2017

Donderdag 25 mei 2017, Opéra Bastille Parijs
Opéra national de Paris

Tsjaikovski: Jevgeny Onegin

Tatjana - Anna Netrebko
Jevgeny Onegin - Peter Mattei
Olga - Varduhi Abrahamyan
Lenski - Pavel Cernoch
Madama Larina - Elena Zaremba
Filipievna - Hanna Schwarz
Gremin - Alexander Tsymbalyuk
Orchestre et Choeurs de l'Opéra national de Paris o.l.v. Edward Gardner

Een flinke samenloop van omstandigheden bracht mij voor het eerst naar de Opéra Bastille in Parijs: ik moest voor werk naar Parijs en bleef er het aansluitende Hemelvaartweekend dat op donderdag begon, geliefde kwam over en mijn goede vriend met wie ik ongeveer de helft van alle concerten en opera's bezoek, ging dat lange weekend toevallig naar zijn zus die in de buurt woont en die ik nog van vroeger ken... Enfin, zo zaten we met zijn allen ademloos te luisteren naar deze prachtopera gezongen door een droomcast, aangevoerd door Anna Netrebko, die ik twee jaar geleden voor het eerst live hoorde in La Bohème in Covent Garden (zie hier de weblog), en van wie ik ooit haar debuut-cd kocht en sindsdien de briefscène uit Yevgeny Onegin nooit mooier gezongen hoorde dan op deze cd. Tot deze avond, want na een kleine twintig jaar is haar stem er bepaald niet slechter op geworden en sloeg ze die gehele grote Bastille-operazaal volledig uit het veld met een autoriteit die je zelden meemaakt. Hoe stil het publiek ervoor ook was: na de slotnoot van die briefscène volgde een minutenlang applaus van jewelste. Ook die grandioze slotscène waarin Tatjana Onegin de les leest had een enorme kracht. Peter Mattei deed nauwelijks voor Netrebko onder. Zijn glanzende soepele bariton klonk werkelijk fantastisch. Cernoch en Tsymbalyuk voldeden uitstekend als Lenski en Gremin, en tja: met Raúl Giménez als Triquet en Hanna Schwarz als huishoudster werd even de oude zangtraditie uit de vorige eeuw binnengebracht. Het scherp en adequaat spelend orkest en de enscenering van Willy Decker maakte het genoegen compleet. Eén toneelbeeld, maar alle zeven scènes kregen een logische uitbeelding. Weinig regisseurs die dat voor elkaar krijgen. Na de opera zaten we gezessen tot ver na middernacht na te genieten met champagne, slakken, vlees, vis en chablis.

Concert 17 mei 2017

Woensdag 17 mei 2017, Concertgebouw Amsterdam
Koninklijk Concertgebouworkest o.l.v. Jaap van Zweden
Denis Kozhukhin, piano

Prokofiev: Pianoconcert nr. 3
Sjostakovitsj: Symfonie nr. 8

Met de aanstelling van Jaap van Zweden als de nieuwe chefdirigent van de New York Philharmonic (vanaf 2018) is hij helemaal 'hot' en kon een rentree bij het KCO niet uitblijven. De laatste keer dat hij het orkest dirigeerde was in 2008 (zie hier de weblog). Zijn Wagner-opera's in de zaterdagmatinee maakten duidelijk dat hij zijn vak verstaat; ik was dan ook heel benieuwd naar zijn optreden met het orkest waar hij lange tijd als concertmeester in meespeelde. Het viel me echter een beetje tegen. Het klonk allemaal uiterst verzorgd en precies, maar ik miste bezieling en spanning. In het Derde pianoconcert van Prokofiev leek en klonk het alsof Van Zweden en Kozhukhin totaal niets met elkaar hadden, en dat ze vooraf hadden afgesproken dat ze zo gelijk mogelijk zouden spelen, en dat voor de rest ieder voor zich zou gaan. Na de pauze een secuur gespeelde Achtste van Sjostakovitsj; het klonk allemaal prachtig, maar vooral ook een beetje hard en eendimensionaal. Van Zweden speelde een beetje teveel op safe. In de VS vinden ze dat misschien allemaal geweldig, maar ik had meer diepgang verwacht.

Concert 14 mei 2017

Zondag 14 mei 2017, Concertgebouw Amsterdam
Collegium Vocale Gent o.l.v. Philippe Herreweghe

Bach: Cantate Mit Fried und Freud ich fahr dahin, BWV125
Bach: Mis in A, BWV234
Bach: Cantate Ein feste Burg ist unser Gott, BWV80

Om de paar jaar komt Herreweghe naar het Concertgebouw om met zijn eigen koor en orkest Bach-cantates uit te voeren. In 2014 was dat voor het laatst, zie hier de weblog. Deze keer drie stukken die ik regelmatig op cd of ipod beluister - ze zitten vast geprogrammeerd in mijn geheugen. Alledrie hebben een aria, koor of fragment die je in ultieme gelukzaligheid brengt. In de Mis in A is dat voor mij dat mysterieuze Christe eleison uit het Kyrie, in de Cantate BWV125 de onnavolgbaar mooie aria 'Ich will auch mit gebrochnen Augen', en in de Cantate BWV80 de meesterlijke orkestrale inleiding en afsluiting van de bas/sopraan-aria 'Alles, was von Gott geboren'. Er is in deze werken natuurlijk nog veel meer onnavolgbaar moois te horen, maar bij deze delen ga ik even helemaal rechtop zitten. Herreweghe en zijn formatie behoeven geen verder betoog; zij zijn voor mij de ideale Bach-vertolkers. Het is allemaal gebalanceerd, vloeiend en uiterst muzikaal. En vooral nergens routineus. In het najaar terug in het Concertgebouw met de Mariavespers van Monteverdi. De foto van Herreweghe hierboven is van Wouter Maeckelberghe; die mag genoemd!

21 mei 2017

Concert 9 mei 2017

Dinsdag 9 mei 2017, Concertgebouw Amsterdam
Orchestra dell'Accademia Nazionale di Santa Cecilia o.l.v. Antonio Pappano
Yuja Wang, piano

Rossini: Ouverture Le siège de Corinthe
Tsjaikovski: Pianoconcert nr. 1
Respighi: Fontane di Roma
Respighi: Feste Romane

Acht jaar geleden hoorde ik het beste Italiaanse symfonieorkest ook al eens, ook toen o.l.v. Pappano, en dat was een geweldig concert (zie hier de weblog). Mijn verzuchting van toen werd verhoord: nu wel met een Italiaanse ouverture en Respighi! De Rossini-ouverture ken ik van een opname door het KCO en Chailly, en Pappano gaf er in de zaal een spetterende uitvoering van. Het is bepaald geen eenvoudig stuk, maar het orkest speelde uiterst precies en gedreven. Ik kan me niet herinneren of, en zo ja wanneer ik het Eerste pianoconcert van Tsjaikovski live gehoord heb. Hoe dan ook, ik ken het stuk door en door van cd, en nu dan in de concertzaal met sterpianiste Yuja Wang. Een fragiel dametje, en zoals altijd wat pikant gekleed. Maar achter de piano speelt ze als een klavierleeuw. Ik zat op het podium, maar de balans met het orkest was prima. Wang en Pappano gingen er stevig in, maar dit concert kan dat goed hebben. Na de pauze twee van de drie Romeinse schilderingen van Respighi. Pappano liet de delen en beide stukken zonder onderbreking in elkaar overgaan. Ik vind het geweldige muziek. Respighi is misschien niet een componist die tot de absolute top gerekend kan worden, maar hij heeft een unieke klankkleur, geholpen door een rijke instrumentatie en grote verschillen in dynamiek. Het Romeinse orkest speelde een kleine honderd jaar geleden ook de premières ervan, dus dit orkest wist er wel raad mee. Zowel Wang als Pappano trakteerde de zaal op twee toegiften.

Concert 3 mei 2017

Woensdag 3 mei 2017, Concertgebouw Amsterdam
Koninklijk Concertgebouworkest o.l.v. Myung-Whun Chung
Isabelle Faust, viool

Brahms: Vioolconcert
Beethoven: Symfonie nr. 3 'Eroica'

Een klassiek programma, waarbij de aanvankelijk gecontracteerde Leonidas Kavakos moest afzeggen en door Isabelle Faust werd vervangen. Kavakos speelde het Brahmsconcert een kleine drie jaar geleden al bij het KCO, toen o.l.v. Jansons (zie hier de weblog). Faust bleek een uitstekend alternatief. Ze speelde het concert meer lyrisch dan krachtig en benadrukte daarmee de intiemere eigenschappen van het stuk. Ach, dat Brahmsconcert is zo geweldig dat je er meerdere kanten mee op kunt. Na de pauze een ogenschijnlijk traditionele uitvoering van Beethovens Eroica-symfonie. De Parool-recensent verwoordde daags na het concert treffend het karakter van de uitvoering: het klonk allemaal zo vanzelfsprekend dat alleen een heel goede dirigent zoiets bij zulke bekende muziek voor elkaar krijgt. De marcia funebre klonk prachtig gedragen, het scherzo uiterst precies en het slotdeel joviaal. Ik schreef het al eerder hier, maar die Chung is een erg goede dirigent die wat mij betreft vaker mag komen dan steeds om de twee, drie jaar.

14 mei 2017

Opera 30 april 2017

Zondag 30 april 2017, Muziektheater Amsterdam
De Nationale Opera

Raskatov: A dog's heart

Filip Filippovitsj - Sergei Leiferkus
Bormental - Ville Rusanen
Sjarikov - Peter Hoare
Darja - Elena Vassilieva
Zina - Nancy Allen Lundy
Koor van de Nationale Opera
Nederlands Kamerorkest o.l.v. Martyn Brabbins

Deze opera van Alexander Raskatov, gebaseerd op het surrealistische verhaal van Michael Boelgakov, ging in 2010 bij DNO in première, maar ik liet dat toen aan mij voorbijgaan. De recensies toen en nu, en berichten van vrienden dat dit een wel heel erg geslaagde productie is, deden me besluiten een los kaartje te kopen. Ik verwachtte daardoor misschien een nog grotere impact, maar inderdaad: dit is een fantastische opera en enscenering. In het verhaal maakt de professor een mens van een straathond, maar die blijkt zich dan zeer onaangenaam te gedragen. Uiteindelijk maakt de professor er maar weer een hond van. Boelgakov schreef het maatschappijkritische stuk ergens in de jaren twintig van de vorige eeuw, dat door de Sovjet-autoriteiten meteen verboden werd. Pas in de jaren zeventig werd het voor het eerst gepubliceerd. De muziek is modern, en soms wat grotesk, en werd subliem gespeeld en gezongen. Sergei Leiferkus droeg de voorstelling; wat een autoriteit en kracht weet hij op zijn 70ste nog te bieden! Peter Hoare als de vermenselijkte hond en Nancy Allen Lundy als huishoudster leverden eveneens een topprestatie. Het Nederlands Kamerorkest speelde vlekkeloos. De enscenering van regisseur Simon McBurney lijkt zowat meegecomponeerd door Raskatov, zo natuurlijk en logisch steekt deze in elkaar. Het publiek beloonde zangers en orkest op ovationeel applaus; ook de componist verscheen op het podium en werd luid toegejuicht. Een aparte maar geweldige operaervaring.

Concert 20 april 2017

Donderdag 20 april 2017, Concertgebouw Amsterdam
Koninklijk Concertgebouworkest o.l.v. Iván Fischer
Jörgen van Rijen, trombone

Bartók: Hongaarse schetsen
MacMillan: Tromboneconcert
Dvorák: Symfonie nr. 7

Solotrombonist Van Rijen zat eens tijdens een etentje naast de componist James MacMillan, die al vaker werk voor het KCO schreef. Van Rijen vroeg hem een concert voor hem te schrijven; deze avond was de wereldpremière. Geen eenvoudig stuk om te spelen, maar ook de luisteraar werd het niet gemakkelijk gemaakt. Het werk is een soort allegaartje aan moderne muziakstijlen, maar het boeide alleszins. Er zaten ook drie trombonisten in het orkest, en MacMillan had voor hen ook een speciale rol weggelegd; aan het einde van het stuk speelden de solist en zijn drie orkestcollega's vrolijk toeterend een vraag- en antwoordspel. Geen muziek voor de eeuwigheid, maar het klonk allemaal fraai. Daarvoor een kort opwarmertje met vijf korte stukjes van Bartók. Na de pauze Dvoráks Zevende die ik door en door ken, maar niet zo aantrekkelijk vind als zijn Achtste en Negende. In de eerste twee delen komen de melodieën maar heel moeizaam los; de twee slotdelen vind ik beter geslaagd. Fischer gaf alles het volle pond. De foto hierboven werd door Van Rijen zelf gemaakt.

29 april 2017

Concert 29 maart 2017

Woensdag 29 maart 2017, Concertgebouw Amsterdam
Koninklijk Concertgebouworkest o.l.v. Andris Nelsons
Yefim Bronfman, piano

Prokofiev: Pianoconcert nr. 2
Sjostakovitsj: Symfonie nr. 11

Twee geweldige stukken op het programma, met een voor dit repertoire ideale dirigent en pianist. Ik heb het hier al vaker geschreven, maar dat Tweede pianoconcert is mijn favoriete van de vijf die Prokofiev componeerde. Alleen al die fenomenale cadens in het eerste deel; het maakt in lengte zowat de helft van dat hele deel uit! Bronfman speelde het superieur en met ogenschijnlijk gemak. De Elfde van Sjostakovitsj hoorde ik vele jaren terug bij het NedPho o.l.v. de toenmalige chef Yakov Kreizberg (zie hier de weblog) en later bij het KCO o.l.v. zijn broer Semyon Bychkov (zie hier). Nu dan met Nelsons, die bij het KCO bezig is aan een cyclus met alle symfonieën. Op het vervolg moeten we even wachten, want volgend seizoen geen Nelsons bij het orkest. Zoals bij de eerdere afleveringen in de cyclus een gedreven uitvoering. Over de aard van het stuk schreef ik al uitvoerig in de vorige weblogs; geweldige symfonie!

27 april 2017

Concert 23 maart 2017

Donderdag 23 maart 2017, Concertgebouw Amsterdam
Koninklijk Concertgebouworkest ol.v. Thomas Hengelbrock
Balthasar-Neumann-Chor
Katja Stuber, sopraan
Marion Eckstein, alt
Andreas Weller, tenor
Reinhard Mayr, bas

Schubert: Stabat Mater
Schubert: Symfonie nr. 8 'Unvollendete'
Mozart: Requiem

Nikolaus Harnoncourt was jarenlang van onschatbare waarde voor het KCO, maar hoe onwaarschijnlijk krachtig hij was: ook zijn leven bleek eindig. Pinnock en Herreweghe zijn goede alternatieven met hun eigen stijl, en ook Harnoncourt-student Hengelbrock lijkt een logische vervanger. Na een lieftallig en kort Stabat Mater een gedreven en scherpe uitvoering van Schuberts Onvoltooide - het stond ook op het programma bij mijn eerste bezoek aan het Concertgebouw(orkest) in 1985, toen o.l.v. Harnoncourt (zie hier de webog van dat concert). De cd-opname door Harnoncourt en het KCO blijft geweldig, maar Hengelbrock dirigeerde een minstens zo pakkende uitvoering, alsof zijn leven ervan afhing. Die Onvoltooide is een stuk met twee gezichten: ogenschijnlijk zijdeachtig, maar opeens ook heftig en ongemakkelijk. Na de pauze een prima uitvoering van Mozarts Requiem - de uitvoering o.l.v. Jansons in 2011 was in de zaal erg fraai (zie hier de weblog), maar klinkt op de cd helaas wat te wollig. Ik kon ook deze avond niet wennen aan de Süssmayer-versie, maar het klonk allemaal erg gedreven en voortvarend. Mooi concert.

23 april 2017

Concert 16 maart 2017

Donderdag 16 maart 2017, Concertgebouw Amsterdam
Koninklijk Concertgebouworkest o.l.v. Mickal Nesterowicz
Lisa Batiashvili, viool

Sjostakovitsj: Vioolconcert nr. 1
Bruckner: Symfonie nr. 1

Ik kocht een los kaartje voor dit concert om eens die Eerste symfonie van Bruckner live te horen. Ik ben een groot liefhebber van zijn symfonieën, maar die Eerste heb ik op cd nooit kunnen uitluisteren, dus ik dwong mezelf die zaal in. En tja, het is gewoon een stom stuk. De Nulde is aantrekkelijker, en de Tweede ten opzichte van deze Eerste bijzonder geslaagd. Maar deze eersteling is eigenlijk heel vervelend. Het Scherzo herbergt de nodige beloftes, maar in de andere delen is het een spraakwaterval van muzikale ideeën. Aan de uitvoering lag het niet: de voor de zieke Vladimir Jurowski ingevlogen jonge Poolse dirigent Mickal Nesterowicz dirigeerde de symfonie uit het hoofd en met autoriteit. Voor de pauze pure magie met Lisa Batiashvili die een geweldige uitvoering gaf van het Eerste vioolconcert van Sjostakovitsj. Ik ken het stuk sinds mijn 16e toen ik het eens op de radio hoorde en er een plaat van kocht (de eerste opname überhaupt van het stuk, met David Oistrach en Jevgeny Mrawinsky). Het stond ook op de lessenaars bij mijn tweede bezoek aan het Concertgebouw(orkest), en mijn eerste keer Haitink. Zie hier de weblog ervan. Het derde deel ervan, de Passacaglia, kan ik niet zonder droge ogen beluisteren. Het is een grandioos vioolconcert. Hierboven Sjostakovitsj en Oistrach.

27 maart 2017

Concert 2 maart 2017

Donderdag 2 maart 2017, Concertgebouw Amsterdam
Koninklijk Concertgebouworkest o.l.v. John Eliot Gardiner
Ann Hallenberg, mezzosopraan

Elgar: Ouverture Cockaigne
Mahler: Rücker Lieder
Elgar: Symfonie nr. 2

Sir Edward Elgar is niet de nationale componist als Verdi, Berlioz of Tsjaikovski waar je als Engeland eeuwig trots op kunt zijn. Maar goed, veel beter dan wat wij Nederlanders te bieden hebben natuurlijk. Ik heb er niet eens een cd-opname van, maar hoorde zijn Tweede symfonie één keer eerder in zijn geheel: ergens begin jaren '90 live door het KCO o.l.v. André Previn. Toen vond ik het een warrig stuk, en dat vond ik dit keer weer, maar 25 jaar meer luisterervaring hielp wel, alsook de uiterst sprankelijke en gedreven uitvoering door Gardiner. Het KCO speelde het stuk in de tussentijd ergens rond 2005 ook al eens, o.l.v. Colin Davis, maar die uitvoeringenreeks heb ik toen overgeslagen. Maar raar: waarom nooit die Eerste symfonie? Die speelde het KCO sinds ik hun concerten bezoek nog nooit. En de cd-opname o.l.v. Barbirolli ken ik zowat noot voor noot - prachtig stuk! Voor de pauze de Cockaigne-Ouverture: heerlijk bombastisch en gedreven! Ann Hallenberg bleek een welhaast ideale vertolkster van de Rückert Lieder van Mahler - hoe mooi die àndere liederen uit deze cyclus ook zijn: 'Ich bin der Welt abhanden gekommen' is Mahlers mooiste orkestlied, het ontroert bij iedere vertolking. Sublieme tekst, sublieme muziek. Snel weer terug die Gardiner, nu met die Eerste van Elgar!

14 maart 2017

Opera 17 februari 2017

Vrijdag 17 februari 2017, Muziektheater Amsterdam
De Nationale Opera

Borodin: Prins Igor

Prins Igor - Ildar Abdrazakov
Jaroslavna - Oksana Dyka
Prins Galitski/Khan Kontzak - Dmitri Ulyanov
Vladimir Igorevitsj - Pavel Cernoch
Kontskajovna - Agunda Kulaeva
Koor van De Nationale Opera
Rotterdams Philharmonisch Orkest o.l.v. Stanislav Kochanovsky

Het is lange tijd terug dat ik me zo heb verveeld bij een operavoorstelling. Het proces waarop die verveling toeslaat en tot ergernis overgaat is best boeiend. Tijdens het eerste half uur hoop je dat het nog goed gaat komen; veel opera's moeten een beetje op stoom komen. Maar als verbetering uitblijft, gaat het gevoel overheersen dat het een heel lange en nare avond gaat worden. Daarna verbijt je je dat je 100 euro hebt betaald voor iets heel vervelends, maar ook dat al die zangers, koorleden, orkestleden en troepen in de coulissen voor zo'n rotstuk zoveel moeite hebben gedaan en nog moeten doen. En dan is er opeens licht aan het einde van de tunnel: het slotakkoord is in zicht. Want wat was dit een vervelende opera-avond. Het lag aan bijna alles. Allereerst Borodin zelf. Zijn muziek is op zijn best aardig, maar veelal langdradig en weinig melodieus of pakkend. Hij was chemicus van beroep, componeerde als hobby, maar schreef ook zelf het libretto, en dat bleek echt te hoog gegrepen. Dramatisch uitermate zwak om een hele scene te bouwen waarin Jaroslavna hoort dat Igor de oorlog tegen de Polovtsen heeft verloren, terwijl dat een uur eerder in de vorige akte al duidelijk was. Ook de gezongen teksten bleken matig. Er werd redelijk tot goed gezongen, nergens uitzonderlijk. Ja, het operakoor is grandioos, wat een weelde om dat hier te hebben! Het Rotterdams Philharmonisch klonk daarentegen weinig geïnspireerd: niet door de dirigent en niet door de partituur. De enscenering vond ik eveneens niet echt boeiend. Het veld met de duizenden rode bloemen zag er fraai uit, maar die lekkage-pisstraal die in de laatste akte zeker een kwartier door alle muziek heenklaterde, maakte mijn zeikerige stemming alleen maar erger. Enfin, niet teveel gezeurd. De dag ervoor had Haitink al de hoogste muzikale toppen bereikt en zou dat anderhalve dag erna opnieuw doen (zie de weblog hieronder). Deze avond was dus al heel snel vergeten.

26 februari 2017

Concert 16 & 19 februari 2017

Donderdag 16 en zondag 19 februari 2017, Concertgebouw Amsterdam
Koninklijk Concertgebouworkest o.l.v. Bernard Haitink
dames Nederlands Kamerkoor

Debussy: Prélude à l'après-midi d'un faune
Debussy: Trois nocturnes
Bruckner: Symfonie nr. 7

Het heeft weer even geduurd, maar na een kleine vier jaar maakte Haitink zijn zoveelste come-back bij zijn oude orkest. De keren ervoor dirigeerde hij eveneens Bruckner (de Achtste en de Vijfde): zie hier en hier. Deze twee keren waren concerten van de ultieme magie. In Debussy is Haitink de beste dirigent die er is. Het is allemaal ragfijn, dramatisch en vloeiend, en vooral klein, minutieus, subtiel. Geen enkele andere dirigent doet dat hem na. Ook in de Zevende van Bruckner hield Haitink het vloeiend: relatief vlotte tempi, maar tegelijkertijd veelzeggend, geraffineerd en intens. In de coda van het Agadio klonken de Wagnertuba's op hun allermooist. Wat een ruimtelijke muziek componeerde Bruckner hier! De verschillen tussen de uitvoeringen op donderdagavond en zondagmiddag waren klein. Op zondagmiddag gaf Haitink de hoornsectie na het Adagio een kushand. De liefde tussen het KCO en de 87-jarige Haitink is weer helemaal terug. Over ruim een jaar - hij zal dan net 89 zijn - keert hij DV terug bij het orkest met de Negende Mahler. De foto hierboven werd tijdens de repetities voor deze concerten gemakt.

21 februari 2017

Concert 9 februari 2017

Donderdag 9 februari 2017, Concertgebouw Amsterdam
Koninklijk Concertgebouworkest o.l.v. Alan Gilbert
Augustin Hadelich, viool

Roukens: Boundless
Bernstein: Serenade
Sibelius: Symfonie nr. 4

Ik kan me niet herinneren of, en zo ja wanneer ik de Vierde symfonie van Sibelius eerder life gehoord heb. Ik ken het stuk al sinds mijn jonge jaren. De opname van Von Karajan op DG behoorde tot de eerste cd’s die ik kocht, dus toen draaide ik het stuk vaak. Tegenwoordig nauwelijks meer. Het is bepaald geen feestmuziek. Maar een grandioze symfonie is het alleszins: het is nog donkerder en depressiever dan Mahlers Zesde. Het KCO speelt zelden een symfonie van Sibelius, en met de Vierde op het programma een uitgelezen kans om het life te horen. Alan Gilbert sprak voor de uitvoering de zaal toe en dat zorgde ervoor dat het conservatieve publiek van de B-serie daarna vol aandacht luisterde. Gilbert heeft duidelijk affiniteit met Sibelius: de Vierde klonk geconcentreerd, voldragen en sonoor. Voor de pauze stond de muziek van Leonard Bernstein centraal. Eerst een opdrachtwerk van Joey Roukens, waarvoor hij zich door de grote Amerikaanse dirigent en componist had laten inspireren. Een levendig en aantrekkelijk orkestwerk dat vaker gehoord mag worden. Daarna de Serenade van Bernstein zelf, een half uur durend vioolconcert dat ik lang geleden eens eerder hoorde en dat eveneens vaker gespeeld mag worden. Het is een mooi, gevarieerd concert, typisch Bernstein: klassiek en jazz combinerend. Augustin Hadelich verving als solist de aanvankelijk aangekondigde KCO-concertmeester Liviu Prunaru, en deze jonge Duitser speelde meer dan voortreffelijk. Met een Paganini-capriccio als toegift kreeg hij de zaal helemaal plat.

31 januari 2017

Concert 18 januari 2017

Woensdag 18 januari 2017, Concertgebouw Amsterdam
Chamber Orchestra of Europe o.l.v. Bernard Haitink
Kristian Bezuidenhout, piano

Mozart: Pianoconcert nr. 23, KV488
Schubert: Symfonie nr. 9

Een rustige start van het nieuwe jaar: slechts één concert. Maar niet een gemiddeld concert. Na de Beethoven-, Brahms- en Schumann-cycli met het ECO nu een tweedaagse met Schubert. Ik koos voor het concert met de Grote symfonie in C. Haitink benadert op zijn oude dag de klassieken met jeugdig en fris temperament; ook op zijn 87ste verrast hij keer op keer. Met flink hoge tempi klonk die geweldige Grote spits en geraffineerd. Wat klonken die Schubert-melodieën natuurlijk en zangerig. Helaas negeerde Haitink de meeste herhalingstekens, maar het zij hem vergeven. Hem te zien dirigeren met zulk een verfijnd resultaat: het is een groot en onvergetelijk genoegen. Voor de pauze Mozarts 23ste pianoconcert, eveneens fris en verfijnd gespeeld. Bezuidenhout zat nu achter een gewone Steinway, in tegenstelling tot twee maanden geleden toen hij het Vierde concert van Beethoven op een fortepiano speelde (zie hier). Ik zat zowat op dezelfde plaats als toen (podium) en de balans was nu stukken beter. Bezuidenhout strooit vaak met versieringen, maar dit keer speelde hij relatief 'gewoon', technisch volmaakt en zeer muzikaal. Het middendeel van dit concert is een wonder van schoonheid en eigenzinnigheid. Volgende maand Haitinks zoveelste rentree bij het KCO met Debussy en Bruckner!