18 december 2016

Opera 15 december 2016

Donderdag 15 december 2016, Het Muziektheater Amsterdam
De Nationale Opera

Wagner: Parsifal

Gurnemanz - Günther Groissböck
Kundry - Elena Pankratova
Parsifal - Christopher Ventris
Amfortas - Ryan McKinny
Titurel - Bjarni Thor Kristinsson
Klingsor - Bastiaan Everink
Koor van De Nederlandse Opera
Nederlands Philharmonisch Orkest o.l.v. Marc Albrecht

En inderdaad: Petra Lang bleek ziek (zie mijn opmerking bover de premièrevoorstelling hier), en werd vervangen door de Russische Elena Pankratova. Zij zong vanaf een plek aan de zijkant van het toneel, terwijl de regieassistente Astrid van den Akker de rol van Kundry op het podium uitbeeldde.  Tijdens de uitvoering op vrijdag 9 december was de vervanging helemaal een gedoe, lees hier hoe handig het is als tegelijkertijd ook Wagner in het Concertgebouw gespeeld wordt... Niet ideaal, maar met Pankratova had DNO wel een geweldige zangeres weten in te vliegen, die afgelopen zomer de rol ook in Bayreuth vertolkte en meer dan fantastisch zong. Groissböck was wederom de grote ster van de avond: wat een sublieme Gurnemanz! Maar ook de andere rollen kregen prima vertolkingen. Met een geweldig spelend orkest en de fraaie uitbeelding is dit een Parsifal om in te lijsten. Hierboven de foto van Albrecht met de spelende en zingende Kundry.

17 december 2016

Concert 10 december 2016

Zaterdag 10 december 2016, Concertgebouw Amsterdam
Koninklijk Concertgebouworkest o.l.v. Valery Gergiev
Michael Volle - Wotan
Christine Goerke - Brünnhilde
Tamara Wilson - Sieglinde

Wagner: Derde bedrijf uit Die Walküre

Grandioos concert van deze grandioze akte uit Die Walküre. De eerste 20 minuten is het 'fasten your seatbelts': de Walkürenrit, het zenuwachtige wachten op Wotan, zijn stormachtige entree en zijn woestheid daarna. Pas nadat hij de Walküren heeft weggestuurd bedaart de boel, en begint het subtiele woordenspel waarmee Brünnhilde haar vader ontdooit. Wotans Abschied is tenslotte een meesterwerk op zich. Gergiev had drie uitstekende zangers gecast; Michael Volle zong een autoritaire Wotan tegeover de emotionele Brünnhilde van Christine Goerke. Gergiev leidde het orkest tot de top; Wagner hoor je eigenlijk nooit zo goed gespeeld als door het KCO. Een concert van slechts ruim een uur, maar het voelde als een volledige operavoorstelling. Dit Essentials-concert werd gewoontegetrouw vrolijk ingeleid door Thomas Vanderveken, inclusief een interviewtje met Tjarko van der Pol, de maker van de geprojecteerde tekeningen. Die projecties hadden wat mij betreft niet gehoeven, maar ik stoorde me er ook niet aan; ik was zo geobsedeerd door de uitvoering en de uitvoerenden dat ik nauwelijks naar die projecties heb gekeken.

11 december 2016

Opera 6 december 2016

Dinsdag 6 december 2016, Het Muziektheater Amsterdam
De Nationale Opera

Wagner: Parsifal

Gurnemanz - Günther Groissböck
Kundry - Petra Lang
Parsifal - Christopher Ventris
Amfortas - Ryan McKinny
Titurel - Bjarni Thor Kristinsson
Klingsor - Bastiaan Everink
Koor van De Nederlandse Opera
Nederlands Philharmonisch Orkest o.l.v. Marc Albrecht

Première van de herhalingscyclus van deze bijzondere productie die in juni 2012 voor het eerst werd gebracht, toen met het KCO o.l.v. Iván Fischer. Ik ging er toen drie keer heen: zie hier, hier en hier. Deze hernieuwde kennismaking beviel me bijzonder goed, ook de uitbeelding van de eerste akte, die me vier jaar geleden nog tegenviel. De tweede scene heeft een hoog Gamma-gehalte, maar de sfeer ervan wordt desondanks goed getroffen. De tweede akte is geweldig, door die gekantelde schaal - klank en beeld vervormen bij iedere stap van de zangers; maar wat een kleuren! De derde akte is muzikaal te mooi om te beschrijven - de tweede scene is niet het beste deel van de opera, maar ja: er moet eenmaal een eind aan gebreid. Ryan McKinny is geen ideale Amfortas, maar zijn monoloog in de eerste akte is heel fraai gezongen. Petra Lang is wel de ideale Kundry; ze zong geweldig, maar tijdens het slotapplaus was ze overduidelijk ontstemd; er kon geen lachje vanaf. Ik hoorde dat ze de eerstvolgende uitvoering drie dagen later heeft moeten afzeggen. Of ze voelde al aankomen dat ze ziek zou worden, of ze was artistiek oneens met Albrecht. Ik ga half december nog een keer - we zullen het zien. Christopher Ventris is volledig vergroeid met de titelrol, en ook Bastiaan Everink imponeerde door zijn klank en verschijning. Maar alle prestaties verbleekten bij die van Günther Groissböck, die zijn Gurnemanz-debuut maakte. Deze rol hoor je nooit meer beter! Wat een stem, en wat een voortreffelijke uitbeelding. Is er een andere opera-rol waar een zanger zo lang op het podium staat en zoveel te zingen heeft? De lichte aanpak van Fischer mocht er zijn, maar de zwaardere klank van Albrecht - en het geweldige orkestspel van het NedPho - deed de uitvoering van 2012 vergeten. Prachtige uitvoering!

04 december 2016

Concert 19 november 2016

Zaterdag 19 november 2016, Concertgebouw Amsterdam
Orchestre Révolutionnaire et Romantique o.l.v. John Eliot Gardiner
Kristian Bezuidenhout, fortepiano

Brahms: Serenade nr. 2
Beethoven: Pianoconcert nr. 4
Schubert: Symfonie nr. 5

Zomaar in de zaterdagmatinee, Gardiner en Bezuidenhout. Vanaf het podium, aan het uiteinde van een rij, zag het er minstens zo gedreven en muzkaal uit als het ook daadwerkelijk klonk. Gardiner dirigeerde het orkest op het scherpst van de snede. De Tweede Serenade van Brahms hoorde ik nog nooit eerder live, zelden op cd, maar toch klonk het stuk heel vertrouwd, en erg mooi bovendien. Daarna Beethovens Vierde pianoconcert, met dat ongelooflijk fantastische tweede deel. Het orkestaandeel werd door Gardiner uiterst hoekig en agressief gebracht - ja, zo kan het ook! Maar ja: dan is zo'n ielige fortepiano geen partij. Bezuidenhout speelt sierlijk, frivool en eigenzinnig muzikaal, maar de klank van zijn fortepiano is te klein voor de grote zaal, en zeker tegenover het scherpe aandeel van Gardiners orkest. Het kan ook aan mijn plek op het podium hebben gelegen, maar de 'authentieke' opvattingen van solist en dirigent klonken mij niet als eenstemmig in de oren. Bezuidenhout had het meeste succes met zijn fraaie Schubert-toegift. Na de pauze een zeer gedreven Vijfde van Schubert, waarbij Gardiner het merendeel van het orkest staand liet spelen. Het droeg zeker bij aan de gedrevenheid. Saai is het bij Gardiner nooit.