31 december 2006

Concert 23 december 2006


Zaterdag 23 december 2006, Concertgebouw Amsterdam
Groot Omroepkoor, Koninklijk Concertgebouworkest o.l.v. Mariss Jansons
Krassimira Stoyanova, sopraan
Marianne Cornetti, alt
Robert dean Smith, tenor
Franz-Josef Selig, bas

Kodaly: Psalmus Hungaricus
Beethoven: Symfonie nr. 9

Een prachtige koppeling, deze twee werken. Ik kende de Psalmus Hungaricus eerlijk gezegd niet, maar door de zeer overtuigende uitvoering liet het zich beluisteren als een sterk werk. Vooral de koorpassages bleken zeer fraai. De 9e van Beethoven is zowat een cultstuk door die Ode an der freude, terwijl dat vierde deel het minst sterke deel van de symfonie is. Eigenlijk is het niet meer dan een potpourri zonder muzikale kerngedachte. Voor de zangers is dat deel nauwelijks te doen. Het eerste en derde deel doen me dan veel meer. Jansons had de boel flink onder controle, en leidde een gespierde uitvoering. Een lekker groot orkest dat scherp musiceerde, een goed koor en prima solisten. Een fraaie afsluiting van een mooi muziekjaar. De afbeelding hierboven is uit het manuscript van de 9e.

Concert 22 december 2006


Vrijdag 22 december 2006, Concertgebouw Amsterdam
Monteverdi Choir, English Baroque Soloists o.l.v. John Eliot Gardiner
Julia Doyle, sopraan
Robin Blaze, countertenor
Nicholas Mulroy, tenor
Matthew Brook, bas

Bach: Cantate Wachet! betet! betet! wachet!, BWV 70
Bach: Cantate Herz und Mund und Tat und leben, BWV 147
Bach: Cantate Nun komm, der Heiden Heiland, BWV 61
Bach: Cantate Wachet auf, ruft uns die Stimme, BWV 140

Na het heerlijke concert met Bach-cantates door Herreweghe (zie muzieklog 19 november j.l.) nu vier andere Bach-cantates door Gardiner. Ik heb een aantal Bach-opnames van Gardiner (Hohe Messe, Matthaus-Passion, Weihnachtsoratorium) die me in de loop der tijd steeds minder zijn gaan bevallen. En ook dit concert leed aan wat daaraan ten grondslag ligt: Gardiners te rauwe aanpak van de muziek. Gardiner dirigeert Bach alsof hij Mozart, Brahms of Dvorak dirigeert: op de melodie. De accenten zet hij extra stevig aan, en dat is het eigenlijk wel zo'n beetje. Dan blijven de cantates natuurlijk prima overeind, want de muziek is ijzersterk. Maar de ontelbare nuances die Herreweghe naar boven haalt, blijven bij Gardiner onaangesproken. De solisten (uit het koor) zongen gemiddeld goed, maar niet uitzonderlijk. Door Bach werd dit concert toch de moeite waard, maar Gardiner is zeker niet de juiste dirigent voor deze muziek.

Opera 19 december 2006


Dinsdag 19 december 2006, Muziektheater Amsterdam
De Nederlandse Opera

Mozart: Le nozze di Figaro

Il Conte - Garry Magee
La Contessa - Cellia Costea
Susanna - Danielle de Niese
Figaro - Luca Pisaroni
Cherubino - Maite Beaumont
Marcellina - Charlotte Margiono
Bartolo - Mario Luperi
Basilio - Marcel Reijans
Koor van de Nederlandse Opera
Nederlands Kamerorkest o.l.v. Ingo Metzmacher

In mijn vorige log noemde ik de Cosi na Don Giovanni Mozarts sterkste opera, maar ik denk dat die eer toch te beurt valt aan Le nozze di Figaro. Door het hogere John Lanting-gehalte van het verhaal is de variatie net wat meer dan in de Cosi. Het verhaal in de Nozze is op het randje van de geloofwaardigheid (het verhaal van de Cosi heeft meer diepgang), maar de muziek straalt van begin tot einde, zonder zwakke momenten. De moderne enscenering vond ik een van de sterkste die ik ooit zag. Normaliter houd ik niet van ensceneringen met een eigen verhaal, maar hier paste alles prima. De vlucht van Cherubino werd hier middels beelden van een bewakingscamera bewezen; een regelrechte vondst en een hoogtepunt van vernuft. Ook de slotscene waarin werkelijkheid en vermeende werkelijkheid zowel in tekst als (personen)regie door elkaar heenlopen was bijzonder fraai gerealiseerd. De uitvoering was goed, maar het niveau dat ooit Harnoncourt met het KCO op dezelfde plaats bereikten zal wel nooit meer gehaald worden. Begin januari sluit mijn trilogie af met Don Giovanni, wat de meest controversiele enscenerng schijnt te zijn. We zullen zien.