09 september 2007
Opera 7 september 2007
Vrijdag 7 september 2007, De Doelen Rotterdam
Opera Concertant
Wagner: Tristan und Isolde
Tristan - John Charles Pierce
Isolde - Iréne Theorin
König Marke - Mikhail Petrenko
Kurwenal - Jukka Rasilainen
Brangäne - Ekaterina Gubanova
Melot - Yuri Alexeyev
Hirte/Junger Seemann - Robert Murray
Steuermann - Patrick Pranger
Mannen Nederlands Concertkoor
Rotterdams Philharmonisch Orkest o.l.v. Valery Gergiev
Een indrukwekkende concertante uitvoering van de Tristan und Isolde! Ik hoorde de opera pas vier keer eerder (de eerste keer in de legenadarisch-bekritiseerde enscenering van Jurgen Gösch eind jaren tachtig, en een paar jaar geleden drie keer in een maand tijd van de DNO-productie met ook toen het Rotterdams Philharmonisch o.l.v. Simon Rattle). Nu echter voor het eerst concertant, en Wagners opera's varen daar wel bij. Van de Tristan und Isolde ken ik vooral de tweede akte door en door - het is een zinderend bedrijf met een aaneenschakeling van geniale scenes en geniale muziek. Maar ook het eerste en derde bedrijf bleken nu minstens zo geniaal. De onnavolgbaar dirigerende Gergiev leidde een prachtig spelend orkest, en zorgde voor een prima balans tussen orkest, zangers en koor. Daardoor moest hij het orkest soms flink laten inhouden om de zangers niet te overstemmen (bijvoorbeeld bij de climax in de dialoog tussen Isolde en Brangäne aan het begin van het tweede bedrijf), maar dat tekent zijn vakmanschap. De zangers waren goed tot uitstekend: Iréne Theorin en John Charles Pierce zijn misschien niet de meest elektrificerende Isolde en Tristan, maar ze zongen zuiver, krachtig genoeg en ogenschijnlijk moeiteloos hun hondsmoeilijke rollen. Petrenko, Rasilainen en Gubanova bleken een ideale aanvulling als Marke, Kurwenal en Brangäne. Wat mij aan deze uitvoering vooral beviel: de geniale scenes van deze opera klonken als geniaal gecomponeerd! Hoe fraai het wegstervende hoorngeschal van de jachtscene aan het begin van de tweede akte, overgaand in die lijzige kalmte van een zich te slapen leggend bos, het prachtig kamermuzikaal begeleide O sink hernieder, het volledig transparante orkest bij de eerste waarschuwing van Brangäne (Wagner overstijgt zichzelf hier in genialiteit), de ultieme leegte die de eindeloze solo van de engelse hoorn aan het begin van de derde akte suggereert - wat een muziek! En dat werd deze avond allemaal prachtig verklankt. Het was alles bij elkaar zeker geen ultiem perfecte uitvoering, maar ik was na afloop (en ben het twee dagen later nog steeds) teveel onder de indruk dat ik de minpunten graag onbenoemd laat. Tot die minpunten horen zeker niet de videobeelden van Bill Viola. Ik raakte er niet van in vervoering, maar de beelden en beweging waren alleszins fraai.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
1 opmerking:
Dit heb je treffend onder woorden gebracht, ik kan mij er geheel in vinden. Een onvergetelijke uitvoering!
In 2000 dirigeerde Gergiev eenmalig een zeldzaam warmbloedige uitvoering van Parsifal met zijn eigen orkest van het Marinsky (in een halfvolle zaal, schande!).
Ik vind Gergiev de beste Wagner dirigent alive!
Een reactie posten